Visual Thinking Strategies als gespreksmethode

animatie_ontwerpvraag

Binnen de vrije keuzeruimte heb ik een tweedaagse basiscursus Visual Thinking Strategies (VTS) gevolgd bij het Noord Brabants Museum in Den Bosch. In deze blogpost vertel ik over hoe ik mij richtte op mijn rol als gespreksleider tijdens het voeren van een (media)beeldgesprek.


VTS is een leermethode met open vragen over kunst, dat wordt toegepast om vaardigheden als waarnemen, kritisch denken en visuele geletterdheid te verbeteren door middel van geleide groepsdiscussies. Met behulp van een vast patroon aan vragen en het parafraseren van wat er wordt gezegd door participanten, zorgt de gespreksleider, die ten alle tijde neutraal blijft, voor een respectvolle discussie over het kunstwerk dat wordt besproken.


Binnen mijn onderzoek zet ik deze gespreksmethode in om:

  • een veilig kader te bieden om sociaal gevoelige onderwerpen te kunnen bespreken;
  • waarbij meerdere verhalen en perspectieven op tafel komen;
  • zodat blikken worden verruimd en tunnelvisies kunnen worden doorbroken.


Mijn onderzoeksvraag tijdens dit experiment is:

Hoe kan ik als gespreksleider verhalen verzamelen bij participanten en zorgen dat er een respectvolle discussie wordt gevoerd met een beeld uit de media als uitgangspunt?



Bovenstaande afbeelding was het uitgangspunt van het beeldgesprek.



Tijdens deze iteratie probeer ik om zowel afwisselend als tegelijkertijd de volgende rollen aan te nemen:


‘Neutrale’ gespreksleider 

  • Geen of zo min mogelijk sturing geven aan het gesprek en gebruik maken voorwaardelijk taalgebruik;
  • Open vragen stellen en indien nodig doorvragen (VTS-vraagstelling), zoals “wat gebeurt er in deze afbeelding?” / “wat zie je waardoor je dat zegt?” / “waaraan zie je dat?” / “wat gebeurt er nog meer?”;
  • Letten op een neutrale lichaamstaal, toon en gezichtsuitdrukking;
  • Er is geen ‘goed’ of ‘fout’ antwoord dat participanten geven.


Procesbegeleider  

  • Observaties van participanten parafraseren, in een context plaatsen en gebruik maken van verrijkend taalgebruik;
  • De groep bij het gesprek betrekken door in het beeld aan te wijzen waarover wordt gesproken;
  • Zorgen voor een respectvolle discussie, door wanneer een gepolariseerd debat dreigt te ontstaan, participanten terug naar de afbeelding brengen (wat zie je?);
  • Een veilig kader bieden waarin iedereen wordt gehoord, bijvoorbeeld door het woord terug te geven aan de participant die nog niet uitgesproken was wanneer deze wordt overgenomen door iemand anders.


Verbinder

  • Het creëren van een groepsgesprek door observaties aan elkaar te linken, zoals  
    “In tegenstelling tot … zeg jij …”“Net zoals … zeg jij …”“Jij gaat door op wat … net zei over …”.


Daarnaast heb ik ook nog een rol als onderzoeker:


  • Wat leeft er in de groep en wat wordt er besproken?
  • In hoeverre kunnen er verschillende manieren van kijken worden geconstateerd?
  • Wordt er van elkaar geleerd en weten we nu als groep meer dan dat we alleen hadden gekeken?
  • Is de groep zich daarvan bewust?
  • Worden er oordelen heroverwogen?

Ik neem het gesprek op zodat ik later kan analyseren en reflecteren op het gesprek qua inhoud, maar ga daar in deze blogpost niet specifiek op in.

Beeldgesprek

Dit filmpje geeft een (versneld) gedeelte van het gesprek weer ter illustratie van de setting.

De deelnemers kregen eerst kort de tijd om individueel en in stilte het beeld te analyseren. Daarna startte het gesprek. Tijdens het gesprek lette ik op het parafraseren van de observaties, zodat de opmerkingen in een context werden geplaatst en het linken van de observaties aan elkaar, zodat er een groepsgesprek ontstond. 

Bevindingen & Conclusies

Na het beeldgesprek reflecteerden we als groep op de rollen die ik aannam tijdens het gesprek. De rol als gespreksleider werd over het algemeen als positief ervaren, doordat ik tijdens het gesprek probeerde te kaderen en het gesprek in een context probeerde te plaatsen. Anderzijds werd er opgemerkt dat het soms als ‘betuttelend’ over kan komen. 


"Ik vond het soms wel een beetje betuttelend. Wij begonnen er ook een beetje informeel over te ouwehoeren. En jij houd het zakelijk en correct." -  Jasper

"Ik weet niet of ik dat betuttelend vind. Want er zit en verschil tussen of we in de kroeg zitten en we bij wijze van losgaan met de grappen van Mark, of wordt ik gedwongen om 16 keer naar het beeld te kijken." -  Joost 


Ik kan mij vinden in de opmerking van Jasper, omdat het ook even zoeken is naar mijn eigen stijl van het gesprek leiden, zodat dit ‘natuurlijk’ overkomt. Daarnaast had ik van tevoren bedacht om het gesprek níet of zo min mogelijk te sturen, maar door de gezamenlijke reflectie ben ik daar op terug gekomen, omdat dit eigenlijk onvermijdelijk is. 


"Je bent aan het sturen binnen de conversatie. Door het weer het neutraal te maken, daarmee beïnvloed je de situatie. Niet persé slecht of op de inhoud. Je stuurt sowieso, want als je niet zou sturen zou het misschien heel polariserend worden. Maar dat is juist interessant. Je zegt “als ik het goed begrijp” of “ik vat even samen”. Doordat je dat doet en met die rol, doe je iets heel bewust en creëer je een objectieve beeldvorming. Dat is interessant om te onderzoeken, hoe dat zonder jou kan of in welke vorm." -  Jan


"Doordat jij nu stuurt, merk ik dat ik zelf meer nadenk over waar ik over oordeel. Als je me los zou laten, dan denk ik wel van ik oordeel maar dan zou ik er nog een paar schepjes bovenop doen."  -  Mark

"Doordat jij steeds vraagt ‘waar ik dat aan zie’ wanneer ik iets vertel, moet ik het beargumenteren. Anders was ik nóg meer los gegaan met fantaseren waar dit beeld over zou gaan. Daar help je wel mee, als je ons met rust laat dan polariseert het heel snel."  -  Maike 


Ik stuur dus niet persé op wát er wordt gezien in het beeld, maar wel hoe daarover wordt gepraat waardoor het gesprek zakelijker en objectiever blijft dan wanneer er in een nog meer informele kring over zou worden gepraat. Dat zie ik wel als een positieve opmerking, omdat ik als procesbegeleider juist dat veilige kader wil bieden waarin er beter wordt gekeken naar wat je ziet en oordelen worden heroverwogen voordat ze worden gedeeld.

Vervolgstappen

Aansluitend op bovenstaande bevinding is het interessant om met mijn rol te experimenteren en mogelijk grotere contrasten op te zoeken. Hoe wordt er dan omgegaan met (voor)oordelen? Wanneer ontstaat een meer gepolariseerd debat en wanneer escaleert het? Tijdens deze iteratie richtte ik mij persoonlijk op mijn rol. Maar daarnaast waren er ook andere interessante aspecten om op door te gaan.




Het vastleggen van heroverwegingen

Er werd tijdens de reflectie besproken dat de meeste deelnemers niet alles zeiden wat ze dachten. Ik ben benieuwd op welke punten de deelnemers hun oordeel hebben heroverwogen, wanneer er oordelen werden gedeeld of juist voor henzelf werden gehouden. Door te luisteren naar anderen of doordat ze beter of langer naar het beeld keken. 


"Er zit een verschil tussen wat ik persoonlijk denk over deze foto en wat ik in de groep gooi. Het zijn eigenlijk twee niveaus en allebei maken ze een proces door. Wat ik zelf denk wordt gestuurd door wat ik allemaal hoor." -  Jasper 


Dit zou ik kunnen onderzoeken door de deelnemers voorafgaand aan het gesprek een formulier te geven waarbij ze tijdens het gesprek kunnen aankruisen wanneer dit het geval is. 




Kijken in het dagelijks leven 

Daarnaast lijkt het me interessant om te onderzoeken wat deelnemers meenemen ná zo’n gesprek. Doordat we het beeld in een groep bespraken, werd er ook wat opgestoken van de manier van kijken van iemand anders. 


"Als ik stilte naar de foto zou kijken en mijn gedachten laat gaan, dan zou ik bijna denken: oei dat kan ik echt niet zeggen. Daar zouden mensen echt van schrikken als ik dat zeg. Ik hou me nu echt in. Ik vind het ook fijn, dat ik bijvoorbeeld aan Jasper merk dat hij heel feitelijk kijkt. Dat maakt het rustiger, dat is prettig." -  Mark

 

"Ik heb eerst geluisterd naar wat zij allemaal zeiden. Toen dacht ik: Oh zij gaan eerst benoemen wat voor feiten ze allemaal zien. Dan ga ik niet meteen met mijn fantasie beginnen. Ik ga wel censureren daardoor. Ik moet zeg maar wel kunnen bewijzen wat ik zeg." -  Maike




Groepsdynamiek

Het is interessant om te kijken naar de samenstelling van de groep. Wat gebeurt er wanneer de groep bestaat uit mensen die elkaar niet zo goed kennen? Of kunnen er contrasten opgezocht worden tussen achtergronden van personen?


"En wat zorgt er nou voor dat je iets niet deelt, volgens mij ligt dat echt aan het gezelschap. Dus misschien zou je dat nog kunnen analyseren door te vragen: zou je anders hebben gereageerd als je samen met je beste vriend in de ruimte was." -  Jasper


Daarnaast zou ik kunnen onderzoeken wat er leeft binnen een groep, door meerdere keren hetzelfde beeld als uitgangspunt te nemen bij verschillende groepen. Zijn er dan overkoepelende thema’s, of komen er juist heel verschillende dingen uit?




Tijd

Voorafgaand aan het gesprek vond ik het best spannend hoe het gesprek zou gaan verlopen en welke rol de tijd daarbij zou gaan spelen. Vooral als je nagaat dat we dagelijks gemiddeld 2 seconden naar een foto kijken. 


"Ik dacht bijvoorbeeld: Oh het gaat over vakantie. Volgende beeld. Terwijl het juist heel goed is dat je nu blijft kijken naar het beeld." -  Maike 


Ik had verwacht dat we na zo’n 10 minuten wel uitgepraat zouden zijn, maar juist daarna was er een soort omslagpunt waarbij er nieuwe elementen in het beeld op werden gemerkt waar weer over doorgepraat werd. Uiteindelijk hebben we ruim 25 minuten over dit beeld gesproken. Ik het gesprek af, omdat we ook met een tijdsplanning te maken hadden in de les. Het zou ook nog interessant kunnen zijn om te onderzoeken hoe lang je nou echt over een beeld zou kunnen praten, zonder dat er een tijdsframe aanwezig is.